Fasefout bij overbelasting Elektrische motorbeschermingsapparaten JD-5/80 met buzzer

JD-5/80 (met Buzzer)Motor-geïntegreerde beschermer overbelastingfase storing Elektrische beschermingsinrichting

Productbeschrijving:

De JD-5 elektromotorbeschermer is geschikt voor gebruik in wisselstroomcircuits bij 50 Hz, met een isolatiespanning van minder dan 690 V wisselstroom en een nominale werkstroom van 0,5 A tot 400 A.Het is ontworpen voor overbelasting en fase-fout bescherming van de AC-motor die continu of met tussenpozen en AC contactor worden over het algemeen gebruikt samen.

Het voldoet aan de normen GB/T 14048.4 en IEC 60947-4-1.

Productkenmerken:

1. De motorbeschermer kan tijdig ontkoppelen van de schakelaar elektrische contacten en de 3-fase stroom van de motor wanneer het hoofdcircuit van de motor optreedt abnormale werking staat zoals faseverlies,overbelasting en stilstand, om de motor betrouwbaar te beschermen.

2Deze motorbeschermer is eenvoudig van bouw, betrouwbaar in werking, gemakkelijk te gebruiken en voldoet aan de normen van de Europese Commissie.GB/T 14048.4 en IEC 60947-4-1.
3De beschermer heeft een hoge beschermingsnauwkeurigheid, een redelijke structuur, volledige functies.
4. met beschermingsfuncties voor symmetrische storingen (zoals overbelasting, stilstand, enz.) en asymmetrische storingen (zoals faseverlies).

5De protector gebruikt de huidige detectietechnologie en de relais-uitvoerinterface.

Producten Specificatie:

Werkomstandigheden en milieuvriendelijkheid:

•Hoogte ≤ 2000 m.

•Omgevingstemperatuur: -5°C tot +40°C, met een dagelijks gemiddelde ≤ +35°C.

•Atmosferische omstandigheden: wanneer de hoogste temperatuur +40°C is, mag de relatieve luchtvochtigheid niet meer dan 50% bedragen, een hogere relatieve luchtvochtigheid is toegestaan bij lagere temperaturen,bijvoorbeeld luchtvochtigheid kan 90% bereiken bij +20°CEr moeten speciale maatregelen worden genomen om condensatie die kan optreden als gevolg van temperatuurveranderingen aan te pakken.

•Verontreinigingsniveau: niveau 3.

•De helling tussen het installatievlak en het verticale vlak moet ≤ ±5° zijn.

•In de media zonder explosief risico, en geen gassen die corrosief kunnen zijn voor metaal en schade aan de isolatie in de media evenals op plaatsen waar veel geleidende stof bestaat.

•Op plaatsen waar regen- en sneeuwbestendige voorzieningen zijn voorzien van stoom en niet vol zijn.

•Op plaatsen zonder prominentie rots, impact en trillingen.

•Installatiecategorie: III.